HIRIM
covid-eu-migratie

Raad heft reisbeperkingen in het kader van de Covid-19-pandemie op



De Raad heeft op 13 december 2022 twee aanbevelingen aangenomen over reizen naar de EU en over het vergemakkelijken van het vrij verkeer binnen de EU tijdens de Covid-19-pandemie. Volgens die aanbevelingen mogen de EU-lidstaten in beginsel geen reisbeperkingen meer opleggen om redenen van volksgezondheid.

Om het virus af te remmen besloot de Europese Raad op 17 maart 2020 om niet-essentiële reizen naar de EU tijdelijk te beperken. Die maatregel bleef tot en met 30 juni 2020 van kracht. In juni 2020 heeft de Raad aanbeveling 2020/912 aangenomen, die betrekking heeft op tijdelijke beperkingen op niet‑essentiële reizen naar de EU en de mogelijke opheffing van die beperkingen. Op 13 december 2022 heeft de Raad aanbeveling 2022/2548 vastgesteld, op grond waarvan aanbeveling 2022/912 is vervangen.

Vrij verkeer binnen de EU

De lidstaten blijven verantwoordelijk voor het al dan niet opleggen van beperkingen van het vrij verkeer binnen de EU. Om versnippering en verstoring van diensten te voorkomen en de transparantie en voorspelbaarheid voor burgers en bedrijven te waarborgen, nam de Raad aanbeveling 2020/1475 aan over gemeenschappelijke criteria en een gemeenschappelijk kader voor reismaatregelen. Die aanbeveling is in januari 2022 vervangen door aanbeveling 2022/107. Op 13 december 2022 heeft de Raad een aanbeveling vastgesteld op grond waarvan aanbeveling 2022/107 is gewijzigd.

Reizen vanuit derde landen

Indien dit nodig is om een ernstige verslechtering van de epidemiologische situatie aan te pakken, moeten de lidstaten op gecoördineerde wijze voorschriften invoeren waaraan reizigers voor hun vertrek moeten voldoen. Het kan daarbij gaan om vaccinatie, herstelbewijs of tests. De lidstaten kunnen ook aanvullende maatregelen nemen waaraan reizigers moeten voldoen na aankomst, zoals aanvullende tests of quarantaine.

Wanneer in een derde land een zorgwekkende of belangwekkende variant opduikt, kunnen de lidstaten bij wijze van uitzondering een dringende, gemeenschappelijke en tijdelijke reisbeperking of reisvereisten invoeren. Een dergelijke beperking moet na 21 dagen aflopen, tenzij de lidstaten besluiten de beperking te verkorten of met een extra periode te verlengen.

Vrij verkeer in de EU

Indien een lidstaat vindt dat vanwege een ernstige verslechtering van de epidemiologische situatie het vrije verkeer moet worden ingeperkt, moet dit beperkt blijven tot de verplichting dat reizigers in het bezit zijn van een geldig digitaal EU-covidcertificaat. Van personen die dit niet hebben, kan worden verlangd dat zij vóór of na aankomst een test ondergaan. Om snel op nieuwe varianten te kunnen reageren, wordt de noodrem gehandhaafd. In dergelijke gevallen kan een lidstaat reizigers verplichten om in quarantaine te gaan of zich te laten testen, zelfs als zij in het bezit zijn van een digitaal EU-covidcertificaat.

Lees meer